dinsdag 3 juni 2014

Leesverslag Het Bittere Kruid

                                          Verwachtingen

Het boek voldeed wel redelijk aan mijn verwachtingen. Ik hoorde veel mensen zeggen dat het niet zo’n heel leuk boek was. Ik vond het verhaal niet bijzonder, want het is een onderwerp dat vaak voorkomt. Het is ook zeker niet het beste boek dat ik ooit heb gelezen. Dat komt denk ik omdat de gebeurtenissen mij niet zo aanspraken, het was allemaal zo droevig. Ik heb het boek vooral gekozen omdat het een beetje dun was, want ik zat een beetje in tijdnood.
                                                               Samenvatting(van internet)

De ik (Marga Minco) woont met haar vader, moeder en zusje in Breda. Ze heeft ook een broer, Dave. Hij woont in Amsterdam met hun zus Bettie. Het is een joods gezin. Marga vond het erg moeilijk dat er zoveel verboden was voor de joden. Marga wordt in het eerste jaar van de oorlog ziek en moet kuren volgen in het ziekenhuis. Ze zijn dan net aan het verhuizen naar Amersfoort om bij Dave in te trekken die inmiddels getrouwd is. Marga moet weer naar het ziekenhuis. Nu ligt ze in Utrecht en begint opnieuw aan de kuren. Op een dag moet Dave gekeurd worden voor een werkkamp, maar gaat medicijnen slikken, waardoor hij ziek wordt en gelukkig wordt hij afgekeurd. Hij wordt er ziek van en gaat met Marga op een kamer in hun huis in Amersfoort liggen waar ze door Lotte, Dave's vrouw, verzorgt worden. Ze blijven de hele dag thuis in hun pyjama's rondhangen, want de bel kan elk moment gaan doordat de Duitsers hun elk moment kunnen komen halen. Dan horen ze dat Bettie is opgepakt bij een razzia in Amsterdam. Het is onbekend waar ze heengebracht is en wat er met haar is gebeurd. De ouders moeten naar Amsterdam verhuizen, omdat ze boven de vijftig zijn. Marga blijft bij haar broer en Lotte in Amersfoort wonen, maar gaat uiteindelijk toch bij haar ouders in Amsterdam wonen. Dave en Lotte gaan ook in Amsterdam wonen, maar niet bij zijn ouders. Op een middag moet Marga een boodschap doen. Ze raakt verstrikt in een bezetting van een straat in haar buurt. Ze wordt bijna meegenomen, maar kan nog net ontglippen, omdat ze op haar identiteitspas kan laten zien dat ze niet in die straat woont. Op een avond gaat de bel. Het zijn de Duitsers. Marga kan via de achterdeur ontsnappen. Ze gaat naar Dave en Lotte. Lotte helpt Marga haar haar met water-peroxyde te bleken zodat ze niet herkend kan worden op straat. Ook vervalsen ze haar identiteitskaart. Samen besluiten ze te vluchten, maar tijdens het vluchten worden Dave en Lotte op het station in Utrecht opgepakt. Marga zit in haar eentje in een trein. Na de oorlog is er nog een oom van haar in leven. Ze gaat hem opzoeken en na een paar weken sterft ook hij. Marga blijft bij haar tante.
                                         Titelverklaring  

Het Bittere Kruid. De titel heeft betrekking op het eten van bittere kruiden wat een Joods gebruik is. Hiermee herdenken zij de bevrijding uit Egypte van de Joden. En daarmee ook de bittere tijden die de joden meemaakten.

                                            Personages

Marga: Marga is een hoofdpersoon. Je kan je in haar situatie inleven en ze heeft namelijk rechtstreeks te maken met het probleem van de Jodenvervolging. Doordat het een autobiografie is, is het dus door Marga geschreven en gaat het hele boek over haar en krijgt zij de meeste aandacht. Daarbij is Marga een karakter, omdat ze in het boek ouder en wijzer wordt. Ze leert namelijk dat de Duitsers wel gevaarlijk zijn, terwijl ze aan het begin van het boek, net als haar vader, er vrij optimistisch was en niet bang. Ook is Marga angstig voor de Duitsers en voelt ze zich schuldig als ze haar ouders heeft achtergelaten.
Vader: achtergrondpersoon, hij geeft diepte aan de hoofdpersoon door haar te beïnvloeden met zijn positieve kijk op de oorlog. Hij is ook niet uitgebreid beschreven, want je weet alleen maar van hem dat hij optimistisch is.
Moeder: zij is een achtergrondpersoon, je kan namelijk niet met haar gevoelens meelezen en ze krijgt niet zoveel aandacht. Je komt maar 2 eigenschappen van haar te weten, namelijk dat ze zorgzaam en bezorgt is.
Dave: dit is de broer van Marga. Hij is een achtergrondfiguur. Ook zijn gevoelens zie je niet echt en je weet eigenlijk alleen dat hij een dappere jongen was, omdat hij dat drankje nam voordat hij naar de keuring voor het werkkamp moest.
Lotte: Marga kan het goed met Lotte vinden. Lotte is de vrouw van Dave. De enige karaktereigenschap die je van haar te weten komt is dat ze net als de moeder van Marga een zorgzaam type is. Ze is ook een achtergrondfiguur. Ze krijgt namelijk haast geen aandacht, je kan je niet in haar inleven en ze heeft niet rechtstreeks te maken met het probleem.
Bettie: Bettie is de een jaar oudere zus van Marga.

                                               Setting

Het verhaal speelt zich af in een aantal Nederlandse steden, o.a. in Breda, Amsterdam en Utrecht.

                                            Perspectief

Het verhaal wordt verteld vanuit het ik-perspectief. Je leest met de gedachten van de 'ik' in het verhaal. Ook voel je haar gevoelens. Het is dus een 'ik-verhaal'. Je kan de naam van het ik- figuur niet opmaken uit het boek. Maar omdat het boek een waargebeurd verhaal en omdat het boek gaat over Marga's belevenissen in de Tweede Wereldoorlog is het ook een autobiografie.

                                               De tijd

De tijd die in het boek verloopt is vanaf het begin van de oorlog tot na de oorlog, dus ongeveer vijf jaar. Het verhaal is chronologisch verteld, omdat alle gebeurtenissen elkaar opvolgen. Er zitten wel gedachten van Marga in. Dan denkt ze vooral terug aan de dingen die in haar jeugd gebeurd zijn, zoals het bijna zien verdrinken van haar zus Bettie.

                                               De stijl

De stijl in het boek is redelijk makkelijk. Er zitten vrijwel  geen moeilijke woorden of zinnen in. Af en toe staat er een joods woord tussen, maar de betekenis van dat woord staat achterin het boek gegeven.

                                                Thema

Het thema van het boek is: de problemen en angsten die de joden in de Tweede Wereldoorlog hebben gehad en hoe lang deze tijd nog zal nawerken in de periode die erna komt. Dit nawerken heeft van de angst en problemen die de joden hebben gehad verwijst ook weer terug naar de titel.

                                              Motieven

Oorlog: Doordat het verhaal zich afspeelt in de oorlog wordt je er constant aan herinnerd en is het terugkerend.
Dood: Dit maakte indruk. Om Marga heen worden veel mensen opgepakt, waaronder ook haar ouders, broer Dave, zus Bettie en de vrouw van Dave, Lotte.
Joden- vervolging: De Duitsers die mensen oppakken, zoals de razzia's waarbij Bettie is opgepakt of die van de mensen in het bejaardenhuis of de Lepelstraat maakten een grote indruk, omdat het een eng idee is, dat er mensen op deze manier worden vermoord en eigenlijk zonder reden.
Verboden: Door de Duitsers waren er een heleboel dingen verboden voor Joden, zoals het zwembad, badhuis, de parken en later ook het openbaar vervoer. Dit wordt in het boek duidelijk herhaald.

                                           Eindoordeel

Over het algemeen vind ik het leuk om boeken te lezen over mensen die in een oorlog zitten, omdat ik dan iets te weten kom over hoe men zich dan voelt en wat voor problemen er zich dan voordoen. Dat is voor mij heel vreemd, omdat ik zelf (gelukkig) nog nooit een oorlog heb meegemaakt. Ik vond het geen bijzonder boek omdat het onderwerp Tweede Wereldoorlog nogal vaak voorkomt. Als ik nog eens mocht kiezen zou ik liever een ander boek lezen.